Verteltafel Copy

In veel kleutergroepen staat een verteltafel, maar deze kun je ook heel goed nog in de middenbouw gebruiken. Een verteltafel is een hulpmiddel voor kinderen om al vertellend en spelend met een verhaal (van een prentenboek) bezig te zijn. Hierdoor worden de mondelinge taalontwikkeling, spelontwikkeling, woordenschat en sociale vaardigheden op laagdrempelige wijze gestimuleerd. Op Pinterest of Google vind je allerlei inspirerende voorbeelden van verteltafels.

Aan de slag

Een verteltafel maak je in principe samen met de kinderen nadat je het prentenboek een aantal keren hebt voorgelezen. Dit kan een echte tafel zijn, maar het kan ook op een dienblad dat je makkelijk op de kast kunt wegzetten. De kinderen helpen met de inrichting door het decor en de attributen voor het verhaal te maken.

Je kunt met een groepje enthousiaste kinderen de taken bespreken. Natuurlijk koppel je hier gelijk een lees-/schrijfactiviteit aan door een takenlijst te maken. De kinderen schrijven hun naam achter de taak die ze gaan uitvoeren. Als ze klaar zijn kunnen ze een vinkje voor de taak zetten, de taak markeren of doorstrepen.

Daarnaast moet er ook een ‘benodigdhedenlijst’ gemaakt worden. Je kunt een paar kinderen de opdracht geven om met behulp van het prentenboek een lijst te maken. Sommige spulletjes kunnen bijvoorbeeld van Playmobil gebruikt worden, maar misschien moeten er ook wel spulletjes gemaakt worden. Denk aan een achterwand (waar speelt het verhaal zich af?) en de personages.

Keuze prentenboek

Een duidelijke en aansprekende verhaallijn.
Een verhaal dat je kunt verwerken in een verteltafel.
Heeft het verhaal niet teveel scènes?
Mooie illustraties.
Eenvoudig taalgebruik.
Aanleiding tot interactie.

Personages voor op de verteltafel

Je kunt op verschillende manieren de personages voor de verteltafel maken. Je kunt kinderen zelf laten knutselen. Ook kun je afbeeldingen uit het boek kopiëren en lamineren.

Wat je tegenwoordig ook steeds vaker ziet is het maken van personages met peg dolls. Zoek er maar eens op in bekende onderwijsgroepen op Facebook of op Pinterest.

Je vindt de houten poppetjes bij winkels als Flying Tiger, Credu.nl, Houtspel.nl en Ali Express. Er zijn goede ervaringen met de acrylverf van de Xenos of Action. Wil je dat ze lang mooi blijven dan kun je ze het beste behandelen met blanke spuitlak. Dit is ook bij de Action verkrijgbaar.

Vind je verven te spannend? Je kunt ook de bekende ‘Edding 3000’ permanent markers gebruiken. Deze zijn in heel veel kleuren verkrijgbaar.

Ben je goed in haken? Dan kun je dit ook gebruiken om personages te maken. Hier vind je een aantal leuke voorbeelden.

walvis — ©Kleuterinspiratie - juf Hannelore

Verteltafel introduceren

Je introduceert de verteltafel door eerst zelf het verhaal voor te spelen. De kinderen krijgen zo een goed beeld van het verhaal. Vervolgens laat je een kind meespelen, maar neem je nog wel het grootste deel van het verhaal voor je rekening. Het spel breid je uit door steeds meer kinderen toe te voegen. Hierdoor doe jij steeds een stapje terug tot de kinderen heel het verhaal zelf kunnen uitspelen.

De verteltafel kun je vervolgens opnemen als onderdeel in het hoekenwerk.

Stap 1

Kies een geschikt prentenboek dat past bij het thema waar je over werkt. Maak je gebruik van vaste prentenboeken bij de taalmethode, dan kun je die ook inzetten.

Stap 2

Bespreek het prentenboek samen met de kinderen. Ga vervolgens aan de slag met de voorbereidingen van de verteltafel. Welke materialen zijn er nodig? Kunnen we spullen van school gebruiken of moeten we dingen van thuis lenen? Hoe ziet de omgeving van waar het verhaal zich afspeelt eruit? Wat moeten we hiervoor maken?

Stap 3

Bespreek nogmaals de verhaallijn en laat deze door een aantal kinderen in stappen uittekenen en schrijven. Deze wordt bij de verteltafel opgehangen. Nu alles klaar is kan de verteltafel in gebruik worden genomen.

Extra uitdaging

Heeft jouw groep al veel ervaring met de verteltafel of zijn ze een beetje uitgekeken op het verhaal dan kun je ook een andere opdracht toevoegen.

Kunnen de kinderen een ander einde voor het verhaal bedenken? Natuurlijk mogen ze dit ook aan de klas laten zien.
Soms is het jammer dat er geen vervolgboek is van een verhaal. Kunnen de kinderen een deel 2 maken? Er moeten schrijvers komen die het deel schrijven, vertellers die het verhaal uitspelen, fotografen die het verhaal fotograferen, redacteurs die het verhaal uittikken op de computer, marketingmedewerkers die het verhaal promoten etc.
Maak ook eens een verteltafel bij het leesboek dat je aan het voorlezen bent. De kinderen kunnen dan de gebeurtenissen uit het verhaal naspelen. Als er een nieuw personage wordt geïntroduceerd in het boek, dan komt deze er ook op de verteltafel bij. Boeken als Pluk van de Petteflet, Wiplala of Otje zijn erg leuk om verder uit te werken.
Laat de kinderen een samenvatting (de rode draad) van het verhaal schrijven. Wat is de start, het midden en het einde van het verhaal?

66771924_1293491997495358_8224150492715677838_n — ©Poppedeintjes

65968070_2910505282299670_6596422724849973838_n

67323053_425886911608070_6594308277032902578_n

66603007_369585013727098_5464427380348442588_n

66648819_461431057740659_3048482867529742367_n

67667701_2661938000503653_7676943001087727131_n — ©Poppedeintjes

Praktijkvoorbeeld thema Het is feest

De kinderen in groep 3/4 zijn druk bezig met het thema ‘Hoera, we worden uitgenodigd!’. Voor de verteltafel kiest juf Alie het boek ‘Een belangrijk bericht‘ van Max Velthuijs. Ze introduceert het boek met de eerste bladzijde, waarop de koning een brief schrijft aan zijn vriend. De kinderen bedenken wat de koning in zijn brief geschreven zou kunnen hebben en schrijven er vervolgens een tekst van.

De brief komt bij de verteltafel te hangen rondom de eerste achtergrond poster. Deze tekst is een fantasietekst. Heel diverse teksten worden zo geschreven waarin de koning zijn vriend ergens voor uitnodigt. Bijvoorbeeld: zijn verjaardag, om een schat te zoeken, om extra brievenbussen te komen maken, om te logeren etc.

In het boek gaat de dienaar op reis om te kijken of de brief van de koning wel goed aan komt. Hiervoor reist hij langs allerlei verschillende landschappen. Bij elk landschap dat gepasseerd wordt houdt juf Alie een expert leesles en laat ze de kinderen een informatieve tekst over het landschap schrijven.

De opbouw van de lessen ziet er als volgt uit:

Prentenboek lezen en stoppen bij het landschap dat wordt uitgewerkt.
Wat weet je al van het landschap en wat zou je nog willen weten?
Filmpjes bekijken over het landschap en een woordweb maken.
De kinderen krijgen een foto van het landschap en schrijven op wat ze zien.
De tekst over het landschap wordt gelezen en de belangrijke woorden worden opgezocht.
De gelezen tekst wordt gepresenteerd aan de groep.

In de tweede les brengt juf Alie de kinderen op verhaal:

Wat weet je nog over de tekst van expert lezen?
Filmpjes worden opnieuw bekeken en de kinderen bedenken wat ze belangrijk vinden om op te schrijven in hun tekst. (het format wie, wat, waar)
Er wordt besproken wat je op kunt schrijven en de tekst wordt geschreven.

Tijdens thematijd wordt het landschap geverfd wat bij het verhaal past. De achtergrondposters worden opgehangen. Andere belangrijke attributen die nodig zijn om het verhaal te kunnen spelen worden opgezocht of gemaakt.